Direct

Het is de vrijdagmorgen voor Pinksteren en we gaan als een speer. De bloemen zijn mooi, de prijzen heel goed en de vrije weekwisseling lonkt. Nog twee karren te gaan. Ik fluit mee met de radio. De ene na de andere bos verdwijnt op de band naar voren.

Dan verstoort telefoon-gerinkel de idylle. Nee hè. Het is een koper. ’Joh, ik zat ernaast. Hebbie nog een paar emmertjes witte matricaria voor me?’ 

Ik had net nog liggen denken (ik lig meestentijds op m’n knieën, vandaar) dat ik nog niet wist wat de prijzen op Rijnsburg deden. ’Weet jij misschien waar ze in Rijnsburg voor gingen?’ ’Ja joh, ik zag ze oplopen tot wel 60 cent.’ Zo, schiet het door me heen, dan moeten die Fransen wel heel veel van hun moeders houden. Dit is echt absurd.

’Hoeveel heb je er nodig?’, vraag ik. ’Een emmer of twintig, ken dat? Dan laat ik ze ophalen door de bloemenexpres.’ ’Twintig emmers, ja, dat kan wel. Maar wat geef je ervoor?’ ’Zeg jij het maar, het zijn jouw bloemen.’ Oja, da’s waar. Maar wel lastig. Bloemenprijzen die de pan uitrijzen. Franse Moederdag. Dinsdag zal het waarschijnlijk ook duur zijn. Maar kan je het maken om zo hoog te gaan zitten… ’Nou, doe maar 45 cent dan.’

Ik hoor een zucht van opluchting aan de andere kant. ‘Dat vind ik heel netjes van je.’ Tuurlijk, maar het is evengoed een vracht geld. Het woord woekerwinst schiet door me heen.

Als hij heeft opgehangen probeer ik het ritme weer te vinden. Een, twee, drie, vier, vijf, weer een bos. Maar daar gaat opnieuw die verdraaide telefoon. Wéér een koper. Hetzelfde verhaal. 

’Ik zat ernaast, heb jij nog een karretje voor me?’ Welja, dan veilen we er dinsdag gewoon eentje minder. ’Kom je ze halen of moet ik mijn vervoerder bellen?’, vraag ik nog. ’Ik zal even overleggen hier, dan bel ik zo terug.

Ik besluit toch meteen onze vervoerder maar te bellen. Hij rijdt wél naar Rijnsburg, niet naar Aalsmeer. Oké. Direct daarna de koper weer aan de lijn. ’Halen zal niet meevallen, kun je hem laten brengen? In Rijnsburg? Dat komt heel goed uit! Om half een al? Perfect!’ Ik laat de boel de boel en ren naar voren om de brieven te maken.

Pfff, directe handel. Je zal een webshop hebben. Laat mij ze maar veilen. Dat is wel zo rustig.’.…
Kees van Egmond