Duitsland moet kwekersrecht volgens UPOV-eisen behandelen

Het Bundessortenamt moet de nieuwheidseisen uit het UPOV-verdrag toepassen en niet de eisen uit Duitse ‘Plant Varieties Protection Act’. Een proefprocedure van Hortis Legal en Genesis Plant Marketing heeft dit uitgewezen.

In Duitsland is ten onrechte geen kwekersrecht verleend aan clematis ’Fond Memories’ volgens de Duitse Hoge Raad. Het Bundessortenamt, de Duitse kwekersrecht instantie, wees de aanvraag af omdat de soort niet nieuw zou zijn. Hortis Legal en Genenis Plant Marketing gingen tot de Hoge Raad om aan te tonen dat het Bundessorteamt ten onrechte een eigen interpretatie van ‘nieuw’ hanteerde. Duidelijk werd dat ook bij onze oosterburen een ras niet nieuw is als op de datum van de kwekersrecht aanvraag in Duitsland (zijnde een UPOV-lidstaat), het kandidaat-ras reeds langer dan één jaar binnen het grondgebied van Duitsland c.q. reeds langer dan vier jaren (respectievelijk zes jaren in het geval van bomen of struiken) buiten het grondgebied van Duitsland werd verhandeld. ’Fond Memories’ bleek uiteindelijk wel ‘nieuw’ te zijn.
Hortis Legal en Genesis stellen dat Duitsland ten onrechte kwekersrecht aanvragen afwees voor kandidaat-rassen welke reeds langer dan één jaar in overige EU-Lidstaten werden verhandeld. Dit plaatste aanvragers afkomstig uit andere EU-Lidstaten dan Duitsland in een oneerlijke en nadelige positie.
Zij raden aanvragers aan om dossiers bij het Bundessorteamt te laten herzien als afwijzing van kwekersrecht op grond van nieuwheid plaatsvond. De nieuwe situatie in Duitsland moeten aanvrager sowieso meenemen bij hun afweging om kwekersrecht in dat land aan te vragen.