Hogere olieprijs wakker inflatievuur nog niet aan

Centrale bankiers zouden graag zien dan een inflatie die opkruipt richting de 2%. Ondanks een flink hogere olieprijs en een aantrekkende economische groei, geeft de inflatie vooralsnog geen krimp. Hoe komt dat en wat betekent dat voor de valutawereld?

Een bezoek aan het benzinestation wordt langzaam maar zeker een stuk duurder. Een liter Euro 95 kost inmiddels bijna €1,75. Begin 2016 was dat nog slechts €1,50. De belangrijkste oorzaak van die stijging is uiteraard de oplopende olieprijs. Op de wereldmarkt wordt inmiddels bijna $ 75 voor een vat Brent-olie betaald. Dat is ruim dubbel zoveel als twee jaar geleden. Gebruikelijk leidt een degelijke prijsstijging tot een oplopende inflatie. Voorlopig is daar echter weinig van te merken – tot groot verdriet van centrale bankiers.

Alles uit de kast
In Europa, de Verenigde Staten en Japan hebben centrale banken de afgelopen jaren bijna alles uit de kast gehaald om de inflatie aan te wakkeren richting het streefniveau van 2%. Een dergelijk tempo past bij een gezonde economische groei. Ondanks de stijgende olieprijs en de hogere economische groei blijft de inflatie in Europa en Japan de afgelopen tijd steken op net iets meer dan 1%. Een belangrijke uitzondering is Groot-Brittannië, waar de inflatie in maart uitkwam op 2,5%. Dat hoge niveau is echter volledig het gevolg van een flinke daling van het pond, die ervoor zorgt dat de prijzen van geïmporteerde artikelen fors zijn gestegen.

Loongroei valt tegen
Er zijn verschillende redenen waarom de inflatie niet overtuigend oploopt. Een belangrijke oorzaak is het uitbleven van een significante loongroei. Hoewel de werkloosheid in elke regio de afgelopen jaren flink is gedaald, vertaalt dat zich nauwelijks in hogere salarissen. Consumenten hebben dus nauwelijks meer geld om uit te geven. Ook speelt mee dat de kredietgroei achterblijft bij wat centrale bankiers graag zouden zien. Aan de ene kant is de rente zeer laag, maar omdat banken onder druk van nieuwe regels terughoudend zijn met het verstrekken van leningen is het voor bedrijven en consumenten niet automatisch eenvoudiger om aan geld te komen.

Alle ogen op 10 mei
Indirect speelt inflatie een belangrijke rol op valutamarkten. Centrale banken stemmen namelijk hun rentebeleid voor een heel groot deel af op inflatieontwikkelingen. Berichten dat de Bank of England de zo goed als zekere renteverhoging in mei door tegenvallende inflatiecijfers waarschijnlijk in de ijskast zet, leidde in april tot een daling van het pond met 2%. Volgende week donderdag wordt duidelijk welke richting enkele belangrijke valuta’s de komende weken gaan kiezen. Op 10 mei worden zowel Britse als Amerikaanse inflatiecijfers gepubliceerd, terwijl de Bank of England op dezelfde dag een rentebesluit neemt.

guest
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties