Het middel AgriTrap van Koppert is gebaseerd op natuurlijke polysachariden (o.a. zetmeel). Het werkt snel tegen diverse plaaginsecten en is te gebruiken in geïntegreerde strategieën.
Door het verspuiten van AgriTrap zijn volgens Koppert kleine plaaginsecten (waaronder bladluis, wittevlieg, bladvlo, schildluis, tomatengalmijt en spint) te vangen. Terwijl het water verdampt, kleven en omkapselen de polysachariden van het middel aan de larven en insecten, die daardoor uiteindelijk stikken en/of verhongeren. Middelen als ER II van Certis en Agricolle van Biopol hebben een vergelijkbare werking.
Het middel is toepasbaar in de meeste tuinbouw- en fruitgewassen en op sierplanten. AgriTrap is vrijgesteld van regelgeving volgens SANCO Doc 6621-99 rev 31 en verder. Het werkt snel en effectief en is veilig voor de meeste natuurlijke vijanden, dus bruikbaar in een geïntegreerd systeem. Ook hommels hebben er geen hinder van.
Geen residu
Afhankelijk van het groeistadium van het gewas vraagt een behandeling om 1.000 tot 2.000 liter spuitvloeistof per hectare. Het product mag niet gemengd worden met andere middelen. AgriTrap laat geen residu achter en er geldt geen wachttijd voor de oogst. Met standaard spuitapparatuur toepassen is mogelijk, maar het is volgens Koppert van belang dat vooral de onderkant van de bladeren goed nat wordt. Toepassen mag nooit in direct zonlicht of bij temperaturen boven 30°C.
Voorzorgsmaatregelen
AgriTrap is niet onder alle omstandigheden en op alle plantenrassen en variëteiten getest. Koppert adviseert daarom proefbespuitingen. Extra aandacht verdient gebruik op sierplanten en andere gewassen tijdens de bloei, tenzij al in een eerder stadium op mogelijke fytotoxiciteit is getest. Geadviseerd wordt om een interval van zeven dagen aan te houden tussen twee behandelingen.