Focus op nazorg

Dus die man had een karakteristiek pand gekocht in Amsterdam en dat opgeknapt. Hij was tevreden. Maar toen hij de straat inkeek was het drama. Er miste iets. Beplanting rond de bomen. Dan zouden de mensen daar minder afval neergooien, werd het bonter en verzorgder. Dus mailde hij mij. Omdat hij gevonden had dat Euonymus tegen hondenzeik kon. En dat vond ik zo grappig, dat ik de planten sponsorde.

Dat ging mooi. Hij enthousiast, ik dronken van zijn wijnpakket en Amsterdam een stukje mooier. Na een half jaar mail ik hem hoe het gaat en hij stuurt opgetogen wat foto’s. Het ziet er inderdaad goed uit. Mijn planten zijn goed gegroeid en zien er gezond uit. Ik ook weer blij. Tot zover, misschien herkent u het, ik schreef er al eens over.

Maar nu. Ik krijg een reactie op een mail met als titel ’De leuke plantjes’. Dat was nog de titel van toen. Maar als ik de bijlage open zie ik een drama. Verdorde, rotte, uitgevallen plantjes. Potverdikkie, ik krijg een steen in mijn maag. Ik screen de tekst en mijn oog blijft hangen bij knapsnuitkever. Nog een grotere potverdikkie. Het is niet bepaald knap maar lap. Zijn mail eindigt met: ’Wat nu te doen??’

Ik mail hem terug met bijna alles wat ik weet over taxus- of lapsnuitkevers. Ik wil dat hij een tevreden klant blijft. De volgende mail heeft een andere titel: ’Kever-oorlog’. Mooi, hij heeft de moed nog niet opgegeven. Hij heeft intussen speciale compost gekocht en zelfs ook ergens aaltjes kunnen aanschaffen, maar heeft nog steeds veel vragen. En haast. De kevers kruipen bij hem binnen over de muur. Zelfs de hortensia’s op zijn balkon, ver weg van de straat, zitten vol.

Echt waar, buxuskwekers, ik heb ineens zoveel meer respect voor jullie gekregen, met jullie cylindrocladium en jullie buxusmot/rups. Maar weet je wat? Samen met de klanten de oorlog aangaan tegen dit gespuis, het schept een band. Ik ga er alles aan doen om die planten in Amsterdam weer funny en fit te krijgen. Inclusief een ritje naar de hoofdstad om zelf de stand van zaken te bekijken.

Want als deze Amsterdammer, samen met mij, de oorlog wint, echt, een betere reclame is er niet.