Knetterende constructie

Ik denk dat mijn bescheiden technisch inzicht gemiddeld wat hoger is dan dat van de doorsnee jurist. Het merendeel is namelijk dramatisch atechnisch. Meestal zijn het rechtgeaarde mensen die dingen bezien vanuit principes. Ik heb ook die voorliefde voor principes.

Vanwege mijn beperkte technische inzicht heb ik wel eens letterlijk een elektrische schok gekregen. Als ik ondoordacht te werk ging en daardoor de verkeerde draden met elkaar verbond, volgden eerst knetterende vonken en daarna enige oerkreten. Vervolgens bedacht ik dan dat het ook in de techniek om basisprincipes gaat. Als je die vooraf niet doordenkt, is dus kortsluiting het gevolg.

Als men als boomkweker het fiscaal juridische vak wil begrijpen, moet men dit eerst abstract benaderen. Al snel zal men dan duidelijke overeenkomsten met mijn hiervoor beschreven ervaringen herkennen. Als immers in het belang van de eigen fiscale positie vooraf niet op de basisprincipes wordt gelet en deze worden verkeerd met elkaar gecombineerd, is een knetterend nadelig resultaat het effect.

Voor de concrete beeldvorming van een fiscale kortsluiting liggen actuele voorbeelden voor het oprapen. Bijvoorbeeld geldt dat voor de combinatie van de landbouwvrijstelling en de dividendbelasting. Beide kregen dit jaar extra aandacht. De landbouwvrijstelling was pas in het nieuws vanwege het arrest met betrekking tot de waarderingsmethode voor landbouwgrond. Een jaarlijkse opwaardering blijkt toegestaan. Dat is prettig als men het verdwijnen van de landbouwvrijstelling vreest. Verder is de dividendbelasting dit jaar interessanter. Voor dividenden tot een bedrag van €250.000 (per fiscale partner) is de dividendbelasting dit jaar 22%.

Nu zijn er adviseurs in het verleden geweest met beperkte technische vaardigheden die hebben geadviseerd om volledige kwekerijen in een besloten vennootschappen te stoppen. Daarna is er van die kwekerij grond verkocht waarbij de landbouwvrijstelling mocht worden toegepast. De belastingvrije verkoopwinst kan dit jaar wat voordeliger als dividend uit de besloten vennootschap worden gehaald. Het principe is dan dat winst op landbouwgrond die volledig belastingvrij had kunnen blijven, nu toch nog met 22% dividendbelasting wordt getroffen. Dat is immers het principe als je ondoordacht en onhandig bent door landbouwgrond in een besloten vennootschap te stoppen.