Laanboomkwekers zullen niet investeren in vervolgonderzoek naar essentaksterfte. Dat verwacht Jan van Leeuwen, voorzitter van de LTO-Cultuurgroep van laan-, bos- en parkbomen.
Het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (CGN) roept het bedrijfsleven op om mee te betalen aan vervolgonderzoek de komende twee jaar. „Onze sector heeft via het Productschap Tuinbouw al behoorlijk geïnvesteerd in het essenonderzoek”, reageert Van Leeuwen. „Nu zijn andere belanghebbenden aan de beurt.”
Het vervolgonderzoek gaat €150.000 kosten. Het CGN hoopt dat de overheid de ene helft zal betalen, en bedrijven en organisaties de andere helft. Van Leeuwen: „Voor eigenaren van essenopstanden, zoals provincies, Rijkswaterstaat en boseigenaren, zijn onderzoekskosten van €75.000 peanuts.”
Als een bedrijf minimaal €5.000 betaalt voor elk van de twee onderzoeksjaren, krijgt het vijf jaar lang exclusieve toegang tot het materiaal en de kennis uit het onderzoek. „Zelfs voor grote kwekerijen is €5.000 veel geld, en het is alleen voor essenonderzoek. Er zijn nog meer boomziekten. En veel kwekers moeten op dit moment elk dubbeltje omdraaien; ze hebben niet zomaar €5.000 op de plank liggen zonder zekerheid op resultaat.”
De onderzoekskosten zijn volgens Van Leeuwen de zoveelste last voor kwekers. „Ik zie elke dag zaken passeren die tot lastenverzwaring van bedrijven leiden. De lasten van witte in plaats van rode diesel zijn bijvoorbeeld al hoger dan de hele PT-heffing. Die was gemiddeld een paar duizend euro per kweker.”
Voor laanboomkwekers zijn essen de laatste jaren in belangrijkheid toegenomen, zegt Van Leeuwen. Hij schat dat essen nu 15-20% van de totale laanbomenproductie innemen. „Maar als er geen essen meer worden geplant, kunnen we ze ook vervangen door andere bomen. Essen kweken zonder markt is geen optie.”
