‘Voldoende in Duitse pijplijn, maar wie richt zich erop?’

Naam: Harm Horlings
Bedrijf: Closer to Green
Functie: directeur
Handel in week: 38

„Afgelopen donderdag was ik op de GaLaBau, dé grote vakbeurs in Neurenberg voor Duitse institutionele afnemers en groenvoorzieners. Vanuit de boomkwekerij presenteren met name Duitse firma’s zich, en daarnaast bedrijven uit landen als Nederland, België en Italië die rechtstreeks de Duitse aanlegmarkt willen beleveren.

Die markt draait goed, en dat kun je al zien als je naar Neurenberg rijdt, aan de hoeveelheid wegwerkzaamheden. De ene Baustelle na de andere, en daar hoort uiteindelijk ook groen bij. Ook op de GaLaBau zelf had ik de indruk dat er komend seizoen voldoende projecten in de pijplijn zitten. Dat hoorde ik ook van anderen.

Men maakt zich alleen wel zorgen over de belevering: welke bedrijven storten zich op die projecten? De totale beschikbaarheid aan bomen in Europa neemt af, want er wordt minder opgeplant, maar er is nog steeds te veel productie. En als de afzet in Oost-Europa minder wordt, zullen bedrijven die daar rechtstreeks of via anderen zakendoen, zich op Duitsland richten? Voor grote Duitse bedrijven waren projecten in Oost-Europa de kers op de taart. Hun uitgangsmateriaal komt uiteindelijk wel uit Nederland.

In Duitsland klaagt men over concurrentie uit Nederland, met name op het gebied van de prijsstelling. Ik denk dat men jaloers is op de manier waarop Nederlandse bedrijven bijvoorbeeld de logistiek organiseren. En ook op het gebied van kwaliteit en betrouwbaarheid zijn we beter dan bijvoorbeeld Italiaanse bedrijven.

Een paar Duitse bedrijven gaven op de GaLaBau wel aandacht aan gebiedseigen materiaal, met name Zuid-Duitse bedrijven die regionaal werken. De algemene teneur op de beurs was dat we ons moeten instellen op 2020, als gebiedseigen wettelijk verplicht is in het Duitse landschap. Maar het effect zou de komende zes jaar wel eens minder groot kunnen zijn dan we nu verwachten.”