’Jongens, denk erom, ik heb nog nooit tomaten met gouden kroontjes geplukt hoor!’
Het was de opmerking van een tuinder op leeftijd die hoofdschuddend alle nieuwbouwplannen aanhoorde in zijn omgeving. Alsof het niet op kon.
Van mij geen kwaad woord over banken. Of eigenlijk moet ik zeggen ’over de bank’. Ik heb namelijk slechts met één ervaring. Of het dan alleen maar positief was al die jaren? Welnee. Bij een bank werken mensen net als wijzelf. En die maken fouten. Grote en kleine. De vraag is alleen hoe je dat samen oplost. En of je ook een beetje begrip hebt voor een ander.
Toen wij in 1983 begonnen met tuinen bestond er volgens mij nog geen Bijzonder Beheer. Je sprak met een hoofd bedrijven en als het om veel geld ging zat de directeur van de plaatselijke bank er zelf bij. Je kende elkaar. En dat zij toen probeerden of een collegatuinder die ons op weg hielp ook financieel bij kon springen was hun goed recht. Nee heb je, ja kun je krijgen. Het werd nee. ’Geld lenen doe je bij een bank en ik ben geen bank.’ Kijk, dat is klare taal. En het werd geaccepteerd.
En zo werd aan ons het voordeel van de twijfel gegund. Twee jonge mannen en een kwajongen die een klein beetje geld meebrachten en heel veel werklust. Kom daar nu nog eens mee aan. Geen bank die je serieus neemt. Maar toen nog wel. Met dank aan bankmedewerkers die er gevoel bij hadden. Die ons jaren later toen het niet zo goed ging bleven steunen. Met pijn in hun buik soms. Maar ook met taart toen er weer zwarte cijfers werden geschreven.
O ja, we hebben ook gemopperd hoor. Bij de overstap van lelies naar matricaria. Volgens een kredietadviseur uit Eindhoven was onze nog vrije nieuwe kas veel te goed voor zo’n gewas. Liever een onrendabele teelt dan een waar perspectief in zat, leek zijn lijfspreuk. De slimmerd. Of toen we uitbreiding niet voor elkaar kregen omdat de bank onze financiële polsstok niet lang genoeg vond. Natuurlijk mopper je dan. Maar achteraf denk je ook weleens bij jezelf dat het misschien toch wel een te grote stap was geweest.
Dus banken? Val ze niet te hard als ze moeilijk doen. Soms is het wel goed als je een beetje afgeremd wordt. Denk maar aan die gouden kroontjes.