Bijrol

Ken je het? De radio bericht over nare gebeurtenissen in de wereld.

Een zoektocht naar twee verdwenen meisjes, honderden mijnwerkers die omkomen, een compleet vliegtuig dat van de aardbodem lijkt verdwenen, Syrië, Oekraïne. Vluchtelingen die verdrinken in het zicht van de haven van Lampedusa. Alles lijkt in brand te staan. En intussen ben jij je bloemen aan het oogsten. Een wereld van verschil.

Mij overvalt het weleens. Hoe onbenullig kun je bezig zijn? Je teelt bloemen, snijdt ze af en verkoopt ze. Ze verdwijnen in boeketten, staan in winkels en worden verkocht om tenslotte na een week mooi te zijn geweest in de GFT-container te verdwijnen. Over en uit. Men kent en vindt hun standplaats zelfs niet meer.

Van voetbal wordt wel gezegd dat het de belangrijkste bijzaak in het leven is. Bloemen en planten vervullen in mijn beleving net zo’n rol. Een bijrol. Geen feest zonder bloemen. Geen Olympisch kampioen zonder flowerceremonie. Geen bruid zonder boeket. Maar, ze horen erbij. Spelen niet de hoofdrol. Een sporter gooit ze na de huldiging in het publiek. De bruid over haar schouder.

Wij, tuinders, zijn anders. Voor ons staat het leven in het teken van. We staan ermee op en gaan ermee naar bed. Wij zijn ook anders dan een koper. Die ziet geen bloemen of planten maar handel. Hij is er niet mee getrouwd. Wij wel.

Daarom hebben we, denk ik, ook bloemententoonstellingen bedacht. Keukenhof, de Floraliën en al die andere shows. Zodat mensen zich eventjes alleen op bloemen concentreren. Alleen maar kijken, aankomen niet. Weggooien doen we pas als ze uitgebloeid zijn. Na de slotdag. Eventjes de bloemen in de hoofdrol. Op de rode loper.

Maar dan nog. Soms voelt het zo zinloos. Bloemen telen terwijl elders mensen in vluchtelingenkampen zitten te treuren om oorlog, doden en gewonden. Natuurlijk, je kunt niet het leed van de hele wereld op je schouders nemen. Ik weet het. Maar toch…

Op een foto zie ik rouwende mijnwerkersfamilies bij een graf. Op een hoop zand liggen bloemen. Zonder water. De zon brandt onbarmhartig. En mijn ogen gaan open. Daar zijn bloemen dus voor. Om een mens te herinneren aan zijn vergankelijkheid. Een bijrol. Maar wel een belangrijke.