Bossen

‘Kijk, je gaat op je knieën liggen en met je mesje snijd je een voor een de takken af. Die leg je vervolgens in je andere hand en dan zorg je er voor dat ze aan de bovenkant precies gelijk zitten. Als je er vijf hebt dan rits je de onderste bladeren eraf en dan leg je ze op de oogstband. Precies in het midden, want anders blijft-ie halverwege achter een beugel haken.’

Ik kijk even hoe de eerste bossen moeizaam worden gefabriceerd. Geef een aanwijzing hoe je in één beweging een tak afsnijdt en vastklemt tussen duim en wijsvinger. Laat nog even zien dat het gelijk doen van boven netter kan. Dan wens ik hem veel succes en ga op m’n eigen plek. Een nieuwe medewerker die de edele kunst van het bloemen snijden nog moet leren.

Het doet me denken aan mijn eigen eerste stappen in de bloemenwereld. Het was op een stuk land aan de Valkenburgerweg in Rijnsburg. Mijn oom had korenbloemen gezaaid en op die dag kreeg ik een mes in mijn handen waar ik mee moest snijden. Twintig(!) stuks per bos. Er stond flink wat wind, dus de blauwe bloemetjes zwaaiden heen en weer voor mijn ogen. Ik werd er tureluurs van. Je wil niet weten hoe vaak ik halverwege een bos de tel ben kwijt geraakt.

Daarna volgden tulpen, violieren, chrysanten, asters, saponaria, leeuwenbekken, carthamus, lelies en nu dus matricaria. Twintig in een bos, tien in een bos, vijf in een bos. Eerst met touw vastgebonden, later met elastiek en nu heb je er een bindmachine voor. Dat de bloemschermen op gelijke hoogte moeten zitten is wel al die jaren gebleven. ‘Kees! Kijk nou eens! Dat zijn afdakjes!!!’ ‘Niet te stevig vasthouden die bossen, want dan knijp je ze tot stront!’ ‘Nee, doe maar weer overnieuw, want dit ziet er niet uit!’ Mijn leermeester was niet de gemakkelijkste, maar dat zijn goede in de regel niet.

En zo hebben we dus sinds kort een nieuwe medewerker op de tuin die moet leren om bloemen te snijden. Altijd spannend. Wordt het wat? Je zal in Iran maar hebben geleerd voor architect. Vlucht je naar Nederland, blijk je in die sector niet aan het werk te komen. Dan maar de tuinbouw in. Als dat geen positieve instelling is? Daar kunnen velen een voorbeeld aan nemen. Hij leert het wel, reken maar.

Kees van Egmond