Handelaar

’Wat kosten die boeken van Rien Poortvliet?’
’Drie euro per stuk.’
’En als ik er nu vier neem voor een tientje?’

Bedenkelijke blik. ’Is goed.’
Mijn dag op de Koningsdagvrijmarkt kan niet meer stuk.

Alhoewel, als ik even later met een loodzware tas vol leesvoer verder loop heb ik alweer spijt. Natuurlijk, die boeken over kabouters vinden hun weg wel. Daar hebben we een liefhebber voor. En Te hooi en te gras, ja, dat is jeugdsentiment. Dat boek had mijn oudste broer in de zeventiger jaren al in de kast staan. De boerenknecht die met de boerendochter op de hooizolder aan het rotzooien was. Rooie oortjes kreeg ik ervan.

En er moest ook nog een verhaal in staan over een weggelopen hond. Die was weer terug gevonden aan de Rotte, bij de molen van de opa van mijn vrouw. Dat boek moet je natuurlijk hebben. Dus telkens als ik het gewicht aan mijn arm voelde trekken dan troostte ik me met die gedachte. Goeie deal.

En dan, twee euro van de prijs afpraten is ook niet verkeerd toch? Je zou haast zeggen dat er een handelaar aan mij verloren is gegaan. Zou ik het dan toch in de genen hebben? Moeten we dan toch maar eens een keer beginnen met klokvoorverkoop via FloraMondo? Want ja, daar moet je wel een beetje handelsgeest voor hebben. Aanvoelen wat de prijzen gaan doen en daarop anticiperen. Dat is toch wat anders dan stomweg je bloemen elke dag voor de klok zetten en afwachten wat de gek ervoor geeft.

Thuis komt de klad er al een beetje in. Het verhaal over de weggelopen en gevonden hond staat er niet in. Hadden we Braaf voor moeten kiezen. Die lag er ‘s morgens wel, maar ja, nu natuurlijk niet meer. Dat blijkt ’s middags als we nogmaals door de leeggekochte Dorpsstraat lopen. Helaas. Vrienden zijn ook hun boeltje aan het opruimen. ‘Maak ons even los van die planten’, klinkt het hoopvol. ’Twee euro per stuk. Voor vijftien mag je ze alle negen meenemen.’

Ik sputter voor de vorm wat tegen. ’We komen net bij de auto vandaan, moeten we de hele tijd met die planten rond gaan lopen.’ Zegt hun dochter van elf: ‘Zullen we ze dan even achterhouden hier?’ Stomverbaasd kijken we elkaar aan. Die is slim. Een handelaar in de dop!

Laat die klokvoorverkoop nog maar even zitten…