In Oost-Europa hebben ze geen tekort meer aan panty’s

Schoonvader Aad vertoefde in 1992 wekenlang in Oekraïne om te schilderen. Het was een jaar na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie en armoe was troef. Winkels en straten waren leeg. De koffer met panty’s die hij meebracht vond gretig aftrek. Zelf moest hij het doen met een broodje per dag. „Gelukkig zet brood uit in je maag”, grapt hij daar altijd over.

In het afgelopen nummer is er veel aandacht voor Oost-Europa. Naast Oekraïne, komen Rusland, Slowakije en Polen aan bod. Wat opvalt in de verhalen over de eerste twee landen is dat je een netwerk moet opbouwen om er zaken te kunnen doen. Soms moet je de wodka rijkelijk laten vloeien om tot iets te komen. Corruptie is een ander ‘iets’ dat er welig tiert. Een derde kenmerk is dat de Oost-Europeanen gek zijn op bloemen. En dat is mooi.

De landen zijn enorm grillig. Als je kijkt naar de export van bloemen en planten: dat gaat met drie stappen vooruit en vervolgens weer met twee stappen terug. Die grilligheid wordt veelal ingegeven door politiek geruzie met het westen of onderling. Dit laatste is met Rusland en Oekraïne het geval. Ze zijn nog altijd in oorlog. Dagelijks wordt er gevochten in het oosten van Oekraïne.

Maar als je over de lange termijn kijkt is er in 25 jaar in het algemeen enorm veel vooruitgang geboekt. Ik was vorige week zelf in Oekraïne en zag volle wegen en volle winkels. De foto’s van Aad zijn gedateerd. Schilderwerk is er echter nog genoeg voor hem in Oekraïne, want er worden veel nieuwe gebouwen neergezet. Maar de panty’s mag hij thuislaten.

Arie-Frans Middelburg

 

guest
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties