In het debat op 3 september over de opheffing van product- en bedrijfschappen verzekerde minister Kamp van Economische Zaken Kamerleden dat alleen verordeningen in het leven worden gehouden waarbij een publiek belang is gediend. Verder zal hij strikte criteria hanteren waaraan toekomstige producenten- en brancheorganisaties onderwerpen algemeen verbindend kunnen verklaren. „De vrees voor een productschappen 2.0 is ongegrond”, aldus de bewindsman.
Kamp denkt nog steeds dat het definitieve einde van de product- en bedrijfschappen per 2015 klaar is. Zijn departement is er klaar voor. Alleen het ministerie van Infrastructuur en Milieu met nog enkele puntjes op de i zetten. Maar ook daarvan verwacht Kamp dat die voor het einde van het jaar zijn opgelost.
Terughoudend
Kamp verzekerde dat hij terughoudend zal zijn in het algemeen verbindend verklaren van onderwerpen aangedragen door producenten- en brancheorganisaties. „We gaan dat niet zomaar doen. Daar leggen we enkele beperkingen aan op”, meldde Kamp. Op de beperkingen ging hij tijdens het debat niet in.
Binnen twee weken zijn de erkenningsvoorwaarden voor producenten- en brancheorganisaties bekend. Sowieso moet zo’n organisatie een overgrote meerderheid vertegenwoordigen van de bedrijven en omzet in die sector. Als organisaties zich daarvoor tijdig melden, beloofde Kamp dat hij ze nog dit jaar zal erkennen.
Nog geen enkele producenten- en brancheorganisaties is in oprichting in de plantaardige sectoren. Alleen de varkensvleessector kent tot dusver een producentenorganisatie. De sectoren melk- en zuivelproducten, voor vlas en hennep, voor kalfs- en rundvlees, akkerbouw en voor pluimveevlees en voor eieren overwegen de oprichting van een brancheorganisatie.
