Nieuwe natuurlijke vijanden van echinothrips niet allemaal succesvol

Enkele nieuwe natuurlijke vijanden van de vraatzuchtige Echinothrips americanus – een tripssoort die de laatste jaren steeds meer voorkomt in de sierteelt – zijn niet allemaal even succesvol. Dat blijkt uit onderzoek van Wageningen UR Glastuinbouw.

In het onderzoek, dat gericht was op het opsporen en evalueren van nieuwe natuurlijke vijanden van echinothrips, zijn verschillende soorten roofmijten, roofwantsen en gaasvliegen getest in het laboratorium, in kleinschalige kasproeven en in twee praktijkproeven in een gerberateelt.

Dit zijn de resultaten:

  • De roofmijt Amblydromalus limonicus lijkt een betere predator te zijn van echinothrips dan Amblyseius swirskii. In het laboratorium werd bij deze roofmijt een hogere predatie van larven van echinothrips gevonden dan bij A. swirskii, en in gerbera was er een betere vestiging van de roofmijt en betere bestrijding van echinothrips.
  • Verschillende roofwantsen die behoren tot de Miridae, konden echinothrips goed bestrijden, maar deze wantsen zijn niet geschikt voor elk gewas. Gerbera lijkt een geschikt gewas, maar de mogelijke schade die deze wantsen bij bloemen kunnen veroorzaken moet verder onderzocht worden.
  • Larven van meerder soorten gaasvliegen bleken allemaal in staat te zijn om dichtheden van echinothrips te reduceren. Loslatingen in de praktijk leidden echter alleen tot een remming in de populatiegroei van echinothrips.