Residu Indicator bloembollen geeft afnemers inzicht

    In 2015 is op initiatief van handelsbond Anthos onderzoek naar een Residu Indicator voor bloembollen gestart. De Residu Indicator wordt een onafhankelijk instrument waar in de praktijk aangetroffen residuen op bloembollen aan getoetst kunnen worden. Aanleiding was de negatieve publiciteit over residuen van gewasbeschermingsmiddelen, in het bijzonder middelen uit de groep neonicotinoïden. De stichting iBulb financiert het project, dat al veel bruikbare kennis heeft opgeleverd. Dit jaar wordt het onderzoek afgerond. Wat is de stand van zaken?

    In het project ’Ontwikkeling Residu Indicator bloembollen droogverkoop’ worden zes gewassen onderzocht: tulp, narcis, lelie, dahlia, gladiool en hyacint. Een begeleidingscommissie met telers en handelaren geeft sturing aan het project. Nieuw in 2017 zijn broeiproeven met tulp en lelie. De onderzoekers van Wageningen Plant Research (voorheen PPO) en Proeftuin Zwaagdijk monitoren in de praktijk en doen proeven op locatie. De Residu Indicator geeft per gewas een overzicht van de gehalten werkzame stoffen van gewasbeschermingsmiddelen, die bij toepassing volgens het etiket op bloembollen aanwezig kunnen zijn.

    Veel kennis
    Het project heeft al veel kennis over residuen op bloembollen opgeleverd. Residuen van neonicotinoïden komen niet, of in zeer lage gehaltes op de onderzochte bloembollen voor. Dompelmiddelen worden in hoge concentraties aangetroffen. Aanwezigheid van niet toegelaten middelen komt eveneens aan het licht. Uit de hoogte van het residugehalte kan afgeleid worden of een gewasbeschermingsmiddel op het gewas is toegepast, of op een andere manier op het product is terechtgekomen, bijvoorbeeld toepassing in voorgaande jaren. Dit laatste is het geval bij Actellic, waarvan de werkzame stof Pirimifos-methyl in steeds lagere gehalten wordt aangetroffen.

    Bollen in schap houden
    Exporteurs en medewerkers van Anthos gebruiken de nieuwe kennis nu al regelmatig om antwoord te geven op vragen van afnemers. Gertjan Klumpenhouwer, voorzitter van de begeleidingscommissie, licht toe: „Waar we begin 2015 geen antwoorden hadden op vragen uit de markt, hebben we die nu wel en kunnen we het gesprek met onze afnemers aangaan. Op deze manier proberen we de bollen in het schap te houden. Daarnaast krijgen we dankzij het project zicht op de knelpunten, zodat we deze aan kunnen pakken. Dat betekent dat in de hele keten aanpassingen doorgevoerd zullen moeten worden, te starten met de ’quick wins’, zoals het achterwege laten van overbodige dompelbehandelingen.”

    Verdergaande duurzaamheidseisen markt
    Steeds meer retailers hanteren zwarte lijsten. Daarbij gaat het om residuen die niet op de producten mogen zitten, of uitsluiting van middelen die tijdens de teelt of het verwerkingsproces gebruikt zijn. Hieraan kan op dit moment niet op grote schaal gehoor worden gegeven. Daarom buigt Anthos zich momenteel, in samenspraak met de leden, over verdergaande maatregelen die nodig zijn om aan de duurzaamheidseisen van de markt te kunnen blijven voldoen.

    guest
    0 Reacties
    Inline feedbacks
    Bekijk alle reacties